Neonatale sepsis bij paarden: symptomen en behandeling
Veulenen is een ingewikkelde tijd voor zowel moeders als veulens. De complicaties die kunnen optreden zijn talrijk, maar in dit geval gaan we het hebben over neonatale sepsis bij paarden, die vaak kort na de geboorte fataal is voor het veulen.
Het ontvangen van de afweerstoffen van de moeder via biest is de sleutel om ervoor te zorgen dat het veulen niet ziek wordt als het eenmaal ter wereld komt. Er zijn echter veel factoren die deze ziekte kunnen veroorzaken. Als je meer wilt weten over neonatale sepsis bij paarden, dan is hier alle informatie die je nodig hebt.
Wat is neonatale sepsis bij paarden?
Neonatale sepsis bij paarden is een ziekte die ontstaat door de aanwezigheid van bacteriën in het bloed van het pasgeboren veulen. Terwijl deze bacteriën zich door de bloedsomloop verplaatsen, verspreiden ze zich door het hele lichaam. Ze veroorzaken schade aan de longen, de gewrichten, de nieren, het spijsverteringsstelsel, en het zenuwstelsel.
Neonatale sepsis is een belangrijke oorzaak van sterfte en morbiditeit bij paardachtigen in de eerste 7 dagen van het leven.
De meest voorkomende bacterie die men bij septische veulens vaststeld is Escherichia coli. Andere ziekteverwekkers die gewoonlijk in het bloed van het geïnfecteerde dier te vinden zijn, zijn soorten van de geslachten Klebsiella, Enterobacter, Actinobacillus, Salmonella, Pseudomonas, en Streptococcus.
Sommige van deze bacteriën bevatten in hun celwanden een toxine. Deze gifstof noemt men een endotoxine. Dit endotoxine stimuleert het vrijkomen van cytokinen in het lichaam, wat bij het besmette dier de typische symptomen van koorts, anorexie en lusteloosheid veroorzaakt.
Oorzaken
De belangrijkste risicofactor voor neonatale sepsis bij paarden is wanneer het veulen niet voldoende goed moederlijk colostrum opneemt. Deze door de moeder geproduceerde eerste melk bevat een hoog gehalte aan antilichamen, die het veulen in de eerste levensdagen tegen ziekteverwekkers beschermen.
Dit is echter niet de enige reden waarom een veulen een ernstige infectie kan oplopen die tot bloedvergiftiging leidt. Hier zijn andere predisponerende factoren:
- Slechte hygiëne in de omgeving.
- Als de voorzieningen van de merrie en haar veulen niet goed schoongemaakt zijn, gaan bacteriën woekeren.
- Vroeggeboorte van het veulen.
- Slechte gezondheid van de moeder.
- Een moeilijke geboorte.
- Aanwezigheid van ziektekiemen in de omgeving waartegen de moeder geen afweer heeft (zodat ze niet in staat is ze via het colostrum aan het veulen door te geven).
De symptomen verschijnen meestal ongeveer 12 uur na de geboorte van het veulen en zijn heel duidelijk. In de volgende paragrafen kom je er alles over te weten.
Symptomen
Het meest zichtbare teken is de extreme zwakte van het veulen, want het heeft geen kracht om op te staan en heeft moeite om stil te staan. Andere typische symptomen van deze aandoening zijn als volgt:
- Bleke slijmvliezen.
- Koorts.
- Trillen van de spieren.
- Ademhalingsmoeilijkheden.
- Heftige diarree met daarop volgende uitdroging.
- Symptomen die specifiek zijn voor de door de bacterie aangetaste organen.
- De dood kan al na enkele uren intreden.
De ziekte kent nog een andere variant, die acuut is maar zich langzamer ontwikkelt, en die een grotere overlevingskans bij het veulen heeft. De symptomen verschijnen later (24-48 uur) en zijn als volgt:
- Congestieve slijmvliezen.
- Koorts.
- Moeite met rechtop zitten.
- Gewrichtspijn in de extremiteiten.
- Diarree met daaropvolgende uitdroging.
- Als het veulen het overleeft, blijft het achter met ernstige septische artritis die het verhindert zich normaal te bewegen.
Diagnose van neonatale sepsis bij paarden
Het is vaak moeilijk om deze ziekte vroeg te diagnosticeren, omdat de verschijnselen wisselend zijn en met andere ziekten gemeen hebben. Wel kan een bloedkweek worden uitgevoerd. Op die manier kan men de aanwezige bacteriën te identificeren.
Met een bloedtest kan men de hoeveelheid immunoglobuline G beoordelen. Als deze afweerstoffen laag zijn, is dat een teken dat het veulen niet voldoende biest gekregen heeft. Andere representatieve waarden die in de biochemie gezien worden zijn lage erytrocyten en hemoglobine, lage bloedsuiker, en hoog ureum.
Als men een monster van de synoviale vloeistof afneemt en onderzoekt zal dat een purulente vloeistof vertonen. Die bevat door de infectie een grote hoeveelheid neutrofielen. Na bevestiging van sepsis is een volledig lichamelijk onderzoek van het dier nodig.
Behandeling
Algemene behandeling is met hooggedoseerde, hoog-spectrum antibiotica, gezien de urgentie en de uitgebreidheid van de infectie. Plasmatransfusies zijn ook aan te bevelen om het veulen intraveneus van antilichamen te voorzien.
Omdat het veulen uitgedroogd is en een lage bloedsuikerspiegel heeft, zal intraveneus of oraal glucosezout gegeven worden om het te helpen herstellen. Het veulen is op dit moment misschien niet in staat om zichzelf te voeden. Daarom moet hem in kleine hoeveelheden, maar wel heel vaak, merriemelk gegeven worden.
Een nasogastrische buis kan nodig zijn als het veulen niet op een flesje wil zuigen. Als dit het geval is, mag nooit een spuit gebruikt worden, want dat kan verstikking veroorzaken.
Wanneer er sprake van infectieuze artritis is, is het nodig de gewrichten met steriele vloeistoffen te wassen. Als er ademhalingssymptomen zijn, moet ook kunstmatige beademing of zuurstof gegeven worden.
De omgeving van het veulen moet zo aseptisch mogelijk gehouden worden. Bovendien moet de vloer gestoffeerd worden om doorliggen te voorkomen, want het dier zal de meeste tijd liggend doorbrengen.
De prognose voor deze ziekte varieert van stabiel tot ernstig. Het herstel hangt af van de ernst van de infectie en de aangetaste organen. Als het veulen in een dierenkliniek wordt opgenomen, nemen de overlevingskansen toe, maar zijn gewoonlijk niet meer dan 75%.
Als de behandeling doeltreffend is en men de daaropvolgende intensieve zorg streng en goed uitvoert, kan het veulen uitgroeien tot een gezond volwassen paard.
Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.
- Ospina Chirivi, J. C., & Ronderos Herrera, M. D. (2014). Fisiopatología de la septicemia neonatal equina. Revista de Medicina Veterinaria, 1(28), 117-125.
- Bedenice, D. (2021, 26 octubre). Septicemia in Foals. MSD Veterinary Manual. Recuperado 3 de noviembre de 2021, de https://www.msdvetmanual.com/horse-owners/disorders-affecting-multiple-body-systems-of-horses/septicemia-in-foals
- Moreno Camelo, N. A. (2021). Septicemia neonatal equina en potro clonado concebido a partir de un embrión vitrificado de raza polo argentino.
- Franco Ayala, M. S., & Oliver Espinosa, O. J. (2015). Enfermedades de los potros neonatos y su epidemiología: una revisión. Revista de Medicina Veterinaria, (29), 91-105.
Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.