Hoe voorkom je parasieten bij honden en katten

Parasieten kunnen zowel inwendig als uitwendig voorkomen, en ze kunnen allemaal ziekten en ernstige complicaties bij onze huisdieren veroorzaken. In het volgende artikel zullen we je vertellen hoe je parasieten bij honden en katten kunt voorkomen.

Hoe parasieten bij hond en kat te voorkomen: inwendige micro-organismen

Gastro-intestinale parasieten zijn de parasieten die het meest voorkomen bij onze huisdieren. Deze kunnen ernstige ziekten bij het dier veroorzaken en ook mensen besmetten.

Deze parasieten leven zowel in de maag als in de darmen en ze variëren in grootte (sommige zijn zelfs onzichtbaar voor het menselijk oog). De meestvoorkomende zijn:

• haakwormen
• lintwormen
• giardiasis
• zweepworm

De eitjes van de maag-darmparasiet bevinden zich in de uitwerpselen van het besmette dier. Zodra ze in contact komen met een ander wezen, kunnen ze worden ‘doorgegeven’ aan de volgende gastheer.

Een manier om te voorkomen dat je huisdier besmet raakt, is dus goed op hem te letten als hij in het park of op plaatsen waar andere dieren zijn, rondsnuffelt. Andere manieren om besmet te raken zijn via kleine dieren, zoals knaagdieren, of van moeder op kind (via de moedermelk of de placenta).

Wanneer mensen hun dierenarts vragen wat ze moeten doen om parasieten bij hun hond en kat te voorkomen, raden deze meestal voor alle gevallen dezelfde behandeling aan. Er zijn preventieve medicijnen die elke maand moeten worden gebruikt, maar er zijn ook andere acties die we kunnen ondernemen:

• verzamel ontlasting van het erf om de kans op besmetting te verkleinen.
• maak de kattenbak van je kat schoon en houd hem afgedekt als je hem niet gebruikt.
• was je handen goed na het schoonmaken van de verzorgingsplaats van je huisdier.
• ga één of twee keer per jaar met je hond of kat naar de dierenarts voor een controle.
• volg het vaccinatieschema.
• zorg ervoor dat er geen muizen of ratten rond je huis zijn.
• gebruik inwendige antiparasitica, verkrijgbaar in tabletvorm, pasta of pipetten voor uitwendig gebruik.
• maak het eet- en drinkgerei van je hond schoon.

Het voorkomen van parasieten bij honden en katten: uitwendige micro-organismen

Deze komen meestal meer voor in de zomer of als het warm is, omdat ze zich dan sneller kunnen vermenigvuldigen. Enkele voorbeelden van uitwendige parasieten die onze huisdieren kunnen treffen zijn vlooien, teken en zelfs muggen, luizen en mijten.

Uitwendige parasieten kunnen verschillende ziekten en symptomen veroorzaken, zoals allergieën en huidreacties.

Ze kunnen ook bloedarmoede veroorzaken door de hoeveelheid bloed die ze verbruiken, evenals verwondingen door het krabben, lichamelijke schade, zwakte en babesiose of leishmaniasis. Dit zijn twee ernstige ziekten die voor het dier dodelijk kunnen zijn.

Het is heel belangrijk om de verspreiding van uitwendige parasieten bij huisdieren te voorkomen. Het goede nieuws is dat er verschillende methoden zijn die je hiervoor kunt gebruiken, zolang je ze maar op de juiste manier toepast:

• pipetten (deze gaan een maand mee)
• vlooienbanden (gaan ongeveer zes maanden mee)
• anti-muggensprays (kunnen tot acht weken effectief zijn)
• pillen (gaan 30 dagen mee)

Meer nuttige tips

Wij raden ook de volgende acties aan om te voorkomen dat externe parasieten je hond of kat treffen:

• Gebruik citronella-afweermiddelen rond je huis om muggen weg te houden.
• Laat geen bakken met stilstaand water staan, want dat trekt insecten aan.
• Geef je huisdier regelmatig een bad met vlooienshampoo of iets dergelijks (nooit mensenshampoo).
• Beperk het contact van je huisdier met andere dieren, vooral in kleinere ruimtes.
• Maak zijn vaccinatieschema af om zijn immuunsysteem sterk te houden.
• Als je meer dan één huisdier in huis heeft, moet je ze apart behandelen tegen parasieten.
• Maak alle spullen van je kat of hond goed schoon (zoals zijn bed, kattenbak en voerbak).
• Ga twee keer per jaar met je huisdier naar de dierenarts voor een routinecontrole.

Als je je afvroeg hoe je parasieten bij honden en katten kunt voorkomen, dan heb je nu genoeg om je te helpen! Laat de micro-organismen niet winnen!