
Misschien hebben jij en je hond verschillende behoeftes als het gaat om dagelijkse routines, en je merkt dat je hond niet voldoende beweging krijgt. Het is belangrijk om je hond veel beweging te geven, vooral als je in een flat…
Deze ziekte verwijdt de slokdarm, waardoor deze zijn mobiliteit verliest tot op het punt dat een hond geen water of voedsel meer kan doorslikken.
Megaoesofagus bij honden kent een ernstige prognose. In het algemeen treft het honden vaker dan katten. Helaas kan dit type aandoening zonder de juiste behandeling een reeks complicaties veroorzaken die het leven van je huisdier in gevaar kunnen brengen.
Dit type letsel wordt gedefinieerd als het verwijden van de slokdarm (dilatatie) en het verlies van zijn mobiliteit, in het bijzonder de slokdarm van honden. Dit kan ervoor zorgen dat dit orgaan volledig de mobiliteit verliest die het nodig heeft om voedsel en vloeistoffen door te slikken.
Dilatatie van de slokdarm komt vaker voor bij grote rassen, zoals de Duitse dog, Duitse herder of labrador retriever. Het kan ook een aangeboren ziekte zijn, wat betekent dat het al is ontstaan op het moment van de geboorte.
De rassen die het meest vatbaar zijn om met megaoesofagus geboren te worden zijn echter de draadharige foxterriër en de dwergschnauzer.
Het meestvoorkomende symptoom van megaoesofagus bij honden is dat ze hun voedsel direct na het eten of enkele uren later uitspugen. Andere symptomen zijn:
Eén van de ernstigste gevolgen van megaoesofagus is een aspiratiepneumonie. Deze aandoening van de luchtwegen treedt op wanneer voedsel, speeksel, vloeistoffen of braaksel direct in de longen worden geïnhaleerd.
Megaoesofagus bij honden kan aangeboren zijn, wat betekent dat het zich ontwikkelt terwijl de foetus zich ontwikkelt. Het kan echter ook een secundaire ziekte zijn, gekoppeld aan andere ziekten of erfelijkheid.
Enkele van de secundaire oorzaken van megaoesofagus zijn de volgende:
Zodra de dierenarts de klinische voorgeschiedenis van het dier heeft gelezen, zal hij/zij een volledige check-up uitvoeren en bepalen of de hond de neiging heeft om te spuwen of te braken, aan de hand van de door de eigenaar verstrekte informatie. Door deze details te kennen kan de dierenarts andere mogelijke spijsverteringsziekten uitsluiten.
Een slokdarmoperatie helpt de dierenarts bij het verwijderen van vreemde voorwerpen die zich in de slokdarm van je huisdier bevinden. Ook kunnen ze evalueren hoeveel de slokdarm verwijd is.
Wat de behandeling betreft, is de belangrijkste strategie te proberen de onderliggende ziekte te genezen in gevallen van secundaire megaoesofagus. In sommige gevallen kan er echter een operatie nodig zijn. Als je hond niet kan eten, zul je hem helaas via een nasogastrische buis moeten voeren.
Als de behandeling van je hond puur palliatief is, wat heel normaal is bij de behandeling van aangeboren megaoesofagus, moet je je hond ongeveer om de vier uur omdraaien. Geef hem ook een zacht matras om op te slapen en zet hem op een vloeibaar dieet.