Interessante feiten over het gedrag van wilde olifanten
Geschreven en geverifieerd door de dierenarts Érica Terrón González
Olifanten die in hun natuurlijke omgeving leven, hebben de mogelijkheid om hun ethologisch gedrag volledig te ontwikkelen. Door hen te observeren, kunnen we talrijke houdingen herkennen die representatief zijn voor deze soort in de natuur. Hieronder delen we enkele interessante feiten over het gedrag van wilde olifanten.
Interessante feiten over het gedrag van wilde olifanten
Anti-roofdier gedrag
Gezien hun kuddegrootte en aard, hebben de matriarchale samenlevingen van olifanten niet de neiging ten prooi te vallen aan roofdieren. Toch kunnen hun jongen soms erg kwetsbaar zijn.
Net als hoefdieren kunnen pasgeboren olifanten vrij snel lopen. Deze eigenschap stelt hen in staat de rest van de kudde bij te houden. Jonge olifanten zijn echter ook kwetsbaar voor aanvallen van roofdieren, vooral als ze van de groep afdwalen.
We kunnen dus stellen dat de druk van roofdieren, met uitzondering van de jacht door de mens, geen beslissende factor is bij de beheersing van de wilde olifantenpopulaties.
Foerageren of voedsel zoeken
Olifanten leven in een grote verscheidenheid aan habitats, wat betekent dat hun dieet zeer divers is. Hun voedsel omvat alles van gras tot vruchten, schors, wortels, bladeren en takken. Door de combinatie van hun slurf, hun krachtige tong en een ongelooflijk sterk lichaam kunnen olifanten zich zowel met kleine planten als met bomen voeden.
Factoren die het foerageren beïnvloeden
- Leeftijd. Het vermogen om van zo’n gevarieerd dieet te genieten wordt steeds beperkter naarmate wilde olifanten ouder worden. In het begin krijgen babyolifanten hun voedsel uitsluitend van de melk van hun moeder. Geleidelijk aan beginnen ze echter te experimenteren met ander voedsel terwijl ze nog steeds borstvoeding krijgen, wat duurt tot ze twee jaar oud zijn.
- Geslacht. Bij olifanten bestaat er een seksueel dimorfisme in het voordeel van de mannetjes. Wij kunnen dit vooral waarnemen wanneer het gaat om de mogelijkheden voedsel te vinden.
Studies tonen aan dat groepen mannelijke wilde olifanten veel minder selectief zijn in hun zoektocht naar voedsel dan de vrouwtjes. Mannetjes geven de voorkeur aan kwantiteit, terwijl vrouwtjes meer geneigd zijn te zoeken naar voedselbronnen van goede kwaliteit. Deze tendens kan te maken hebben met het verbeteren van de kwaliteit van de melk die ze voor hun jongen produceren.
Het voortplantingsgedrag van wilde olifanten
Zowel mannetjes als vrouwtjes paren met meer dan één partner als ze loops zijn. Vrouwtjes daarentegen krijgen meestal maar één jong per zwangerschap. Dit systeem van meerdere paringspartners staat bekend als polygamie.
Als het op paren aankomt, hoeven mannetjesolifanten niet per se in musth te zijn. Studies tonen echter aan dat ze dominanter zijn in de voortplanting dan olifanten die dat niet zijn. Musth is een fase waarin mannelijke olifanten (of “stieren”) een meer hooghartige en agressieve houding aannemen. Ze houden hun kop hoger, strekken hun oren en pompen hun borst op.
Speels gedrag bij wilde olifanten
Spelen heeft bij dieren geen vitale functie, maar dient om individuen voor te bereiden op onverwachte of stressvolle situaties. Hoewel men jonge olifanten takken heeft zien dragen, rondrennen en kleine dieren achtervolgen, weten deskundigen eigenlijk heel weinig over het speelgedrag van deze soort.
Het enige wat deskundigen wel weten is dat mannetjes een veel agressievere manier van spelen hebben. Ze hebben de neiging om gevechten te beginnen met andere mannelijke olifanten van dezelfde leeftijd, inclusief mannetjes van andere familiegroepen. Vrouwtjes daarentegen hebben meer vreedzame ontmoetingen, meestal met jongere vrouwtjes.
Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.
- Fowler M, Mikota S. Biology, Medicine, and Surgery of Elephants. Hoboken: John Wiley & Sons; 2008.
Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.