Ontdek hoe je verlatingsangst kunt voorkomen
Zelfs als hun baasjes elke dag naar hun werk gaan, lijdt een hond nog steeds aan wat “verlatingsangst” wordt genoemd. Het is bij sommige rassen merkbaarder dan bij anderen. Daarom gaan we je wat advies geven om die angst te leren voorkomen.
Tips om verlatingsangst te vermijden
De band die we met onze huisdieren hebben is heel sterk. Ze zien ons als de leiders, en ze willen ons dus niet in de steek laten. Zelfs niet voor een minuutje! Het is met andere woorden normaal dat je hond je volgt als je even naar de wc moet. Als we naar ons werk vertrekken, gaan winkelen of naar de fitness gaan, dan merken we vaak dat ons huisdier zich vreemd gedraagt. Het is zelfs mogelijk dat je zijn geblaf of gehuil al hoort wanneer je net de deur uit bent.
Omdat honden verre verwanten van wolven zijn en hun instinct hen vertelt dat het beter is om in groepsverband te leven voelen ze zich depressief, gestresseerd en angstig als ze alleen zijn. Daarom maken ze meubels stuk, kauwen ze op voorwerpen, of doen ze hun behoefte waar ze dat niet mogen doen. Volg deze tips om verlatingsangst te voorkomen:
1. Laat je hond uit
Voordat je naar kantoor vertrekt kun je snel een wandelingetje met je hond maken. Zo wordt hij al een beetje moe en kan hij zijn overvloed aan energie ergens kwijt. Hij zal overdag minder actief zijn en zich kalmer gedragen. Vergeet niet om hem een stevige hoeveelheid voedsel en water te geven voor je vertrekt. Hij kan op die manier even op krachten komen van de ‘ochtendgymnastiek.’ Het idee is dat wanneer je niet thuis bent, je hond in de “ruststand” moet staan.
2. Maak er een gewoonte van
Doe voordat je het huis verlaat steeds min of meer hetzelfde: sleutels ophalen, lichten uitdoen, jaloezieën omhoog… Op die manier zal je hond deze acties associëren met je vertrek en zal hij beter voorbereid zijn. We raden aan om dat ritueel iedere keer dat je het huis verlaat uit te voeren (ook al is het maar voor een korte periode).
3. Geef hem niet te veel aandacht
Veel mensen maken de fout om te dicht bij hun huisdieren te komen, met ze te praten, ze te kussen en ze een paar minuten voor hun vertrek te verwennen. Dat is echter niet goed voor je huisdier, omdat hij dat allemaal associeert met zijn verlatingsangst. Zorg er daarom voor dat hij begrijpt dat het een normale en routinematige situatie is. Zeg hem dus niet dingen als “braaf zijn, ik kom snel terug, mis me niet te hard, let op het huis,” en gelijksoortige dingen die we zo vaak zeggen wanneer we afscheid nemen.
4. Neem op voorhand afscheid
Dat betekent dat als er een uur verstrijkt tussen het moment dat je opstaat en het moment dat je vertrekt, je ongeveer 20 minuten voor vertrek je hond moet groeten en met hem moet spelen. Zo laat je hem zien hoeveel je van hem houdt, maar hij zal niet denken dat je hem in de steek laat. Er gebeurt dus niets als je nadien vertrekt zonder afscheid te nemen.
5. Zet schuldgevoel opzij
Als je alles klaar hebt om te vertrekken, zet dan je schuldgevoel opzij. Je bent geen kwaadaardige persoon omdat je jouw hond een ogenblik alleen thuis laat. Geen zenuwen, verdriet, bezorgdheid of schuld. Vergeet niet dat jij diegene bent die de controle en autoriteit heeft in deze relatie. Een rustige leider is dan ook kalmerend en geruststellend voor de groep.
6. Laat hem er beetje bij beetje aan wennen
Een goede manier om verlatingsangst te voorkomen is om het dier een periode te geven waarin het zich aan de situatie kan aanpassen. Laat je hond iedere keer voor een iets langere tijd alleen zodat hij aan het gevoel kan wennen. Je kunt bijvoorbeeld beginnen met een wandelingetje rond de wijk. Daarna kun je nog een kop koffie gaan drinken. Vervolgens ga je winkelen, en geleidelijk aan de routine verder opbouwen totdat je bij de 8 of 10 uur komt die je normaal gezien opzij zet voor je werk.
7. Ontspan wanneer je thuis komt
Als we na een lange dag weer thuiskomen dan zien we vrijwel meteen een staartje dat vrolijk kwispelt en een beestje dat dartel in het rond springt en blaft. Je zal het misschien moeilijk vinden, maar je moet wachten tot je hond tot rust komt voordat je hem begroet. Anders zal hij denken dat je zijn nerveuze gedrag goedkeurt.
8. Straf hem niet
Honden associëren straffen en beloningen direct met hun gedrag. Voor hen is verlatingsangst geen keuze. Als je hond dus iets kapot maakt, dan maakt het niet uit hoeveel je hem uitfoetert. Hij zal immers niet begrijpen wat hij verkeerd heeft gedaan. Als je hem eens alleen moet laten zal hij misschien juist denken dat hij ergens voor gestraft is.
Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.